Tjarda Scheltens, 17 jaar huisarts en werkzaam in Gouda. Tjarda was voordat ze huisarts werd, verpleegkundige.
Tjarda Scheltens, 17 jaar huisarts en werkzaam in Gouda. Tjarda was voordat ze huisarts werd, verpleegkundige. In haar beginjaren als huisarts promoveerde ze op hart- en vaatziekten, op het thema preventie. In 2012 startte ze met de Kaderopleiding HVZ.
De praktijk
Het Gezondheidscentrum Goverwelle ligt midden in een nieuwbouwwijk van Gouda en werd gestart in de jaren 90. De populatie is dus relatief jong. Ze hebben 6 huisartsen in dienst en daarnaast een heel ruim zorgaanbod.
Waarom de Kaderopleiding HVZ?
Tjarda is enorm geïnteresseerd in hart- en vaatziekten, vandaar ook haar promotie. Als gepromoveerd huisarts kan je ook meteen Kaderhuisarts HVZ worden, maar ze besloot toch om de opleiding te doen omdat het haar leuk en zinvol leek om twee jaar lang met mensen op te trekken met dezelfde interesse en om een eigen netwerk op te bouwen. Als gepromoveerde voelde ze zich een ‘beperkt’ specialist, eigenlijk alleen op het gebied van preventie. Ze wilde zich breder specialiseren en koos voor de Kaderopleiding.
Wat heb je eraan in de praktijk?
Als kaderhuisarts werd ze nog meer dan voorheen het aanspreekpunt voor patiëntproblemen met hart- en vaatziekten en ze leidt het zorgprogramma CVRM. Veel huisartsen in de regio die bij dezelfde zorggroep zijn aangesloten, volgen ook dit zorgprogramma. In de eigen praktijk werkt ze samen met de praktijkverpleegkundige om het zorgprogramma goed te laten lopen (zoals resultaten, monitoring, de LDL, de bloeddruk, de inclusie van patiënten enzovoorts. FTO’s over dit thema komen ook bij haar.
Hoe is de relatie met de tweedelijn?
Prima, vooral vanuit de functie voor de zorggroep. Er is contact met cardiologen, internisten, neurologen, vaatchirurgen. Er is regelmatig overleg met de cardiologen om te kijken of hoe de overdracht van tweede naar eerstelijn bevorderd kan worden. Daarnaast is er 2 keer per jaar plenair overleg over het totale zorgprogramma.
Wat merken patiënten?
Soms vertelt Tjarda haar patiënten over haar specialisatie als het zo ter sprake komt. Soms horen patiënten het ook van de cardioloog. Praktijkcollega’s zeggen het ook tegen patiënten dat ze bijvoorbeeld met de kaderhuisarts gaan overleggen of ze verwijzen die patiënten meteen door naar Tjarda omdat ze op dat vlak meer kennis heeft.
Voor wie is de Kaderopleiding aan te bevelen?
Aan iedere huisarts die zich sowieso ergens in wil specialiseren. Het is heel erg leuk om een soort vraagbaak voor je collega’s te zijn. Hart- en vaatziekten, daar moet je wel iets mee hebben. Elke huisarts zou het moeten kunnen. Elke huisarts met een beetje interesse en bereid om te investeren is de opleiding aan te raden. Het is een breed aandachtsgebied en de opgedane kennis kan je heel goed in je eigen praktijk maar ook daarbuiten verspreiden.
Is het te doen qua tijdsinvestering naast de praktijk?
Je moet er wel echt rekening mee houden. Zo heb ik in de periode dat ik de opleiding deed, geen aios begeleid. Het kost gewoon tijd, ook naast de onderwijsdagen in Roermond. Als je dat niet doet, mis je een deel van de opleiding. Dat zou jammer zijn, je moet het gewoon inplannen voor die periode. Heel praktisch voornemen om bijvoorbeeld een halve dag per week vrij te roosteren of daarvoor te reserveren. Dan is het heel goed te doen.
Wat levert het op?
In mijn totale carrière is de Kaderopleiding een soort sluitstuk. De opleiding tot huisarts en mijn promotie daarna waren twee aparte trajecten. De promotie stond wat ver van mijn dagelijkse praktijk. De Kaderopleiding is toegepaste wetenschap die je echt kan gebruiken. Het heeft ervoor gezorgd dat mijn werk één geheel is geworden.